Sozusagen

20 maart 2014 - Wenen, Oostenrijk

Liebe Leute!

Zoals belooft, tussendoor een ‘blogje.’ Ik wil jullie niet vermoeien met ellenlange verhalen en die van zondag was misschien iets te lang, dus misschien is het handiger om twee keer per week een kleiner verhaaltje te schrijven.

Allereerst wil ik iedereen bedanken van wie ik een kaartje heb gekregen! Mijn postvak was maandag bijna te klein! Er kwamen wel zeven ansichtkaartjes uit! Allemaal met succeswensen, groeten, honden-/kattenpootjes enz. Iemand vroeg of ze skisokken moest opsturen (nee dankje, graag een windscherm ;) Het waaide hier zaterdag! Niet normaal!) Ik heb alle kaartjes (letterlijk) boven mijn bed gehangen en ook vanuit mijn bureau kan ik ze zien, heel leuk!

Één kaartje zegt meer dan 10 e-mails/whatsapp’jes. Dankjulliewel!

(zie Album: mijn kamer, daar staat een foto van alle kaartjes boven mijn bed.)

Vandaag heb ik voor het eerst alleen lesgegeven. Het eerste uur gaf ik aardrijkskunde en het ging over Nederland. Deze les mocht ik zelf inrichten, dus het voorbereiden hiervan was nog niet zo moeilijk (volgende week… dan wordt het gezellig, dan geef ik geschiedenis…). Eigenlijk ging het best wel goed. In het begin van de les was het een beetje onwennig en wist ik niet zo goed wat ik moest doen, want ik blijf toch vinden dat het gaat om iemand anders zijn les, die wil ik niet ongevraagd ‘overnemen’ ofzo. Daarvoor ken ik mijn plek als stagiaire iets te goed. Heeft voor- en nadelen.

Mijn stagedocent had dat door, kwam op mij af en zei (op zo’n vriendelijke-maar-toch-duidelijk-docenten-manier): ‘Kom op, je kent ons ritueel ondertussen (vertel ik zo, is heel leuk!), dus gewoon vanaf het begin!’ Na die bevestiging was het ijs gebroken en kon de les ‘losgehen!’

Het beginritueel is dus dat de leerlingen achter hun tafel staan, de docent staat ook, en zegt; ‘goedemorgen’ waarop de leerlingen ook ‘goedemorgen’ zeggen. Als je dan zegt; “Ga allemaal maar zitten.’’ Dan gaan ze zitten! Aaahh, schattig hè! In jaar 1 had ik het ook al gezien, toen ik in Emden was, maar het blijft mij verbazen dat het zo goed werkt.

Het voordeel is dat er vanaf het begin van de les rust heerst. Pas als het helemaal stil is, kunnen de leerlingen gaan zitten. Hier gaat het niet om het creëren van een legerbasis, maar gewoon om het zorgen voor een rustige fundering waar je dan de les op voort kunt bouwen. Ik zou dit serieus graag meenemen naar Nederland. Onder de noemer‘Landeskunde’ ofzo.

De les zelf ging best goed. Het theoretische gedeelte over Nederland werd volgens mij wel gewaardeerd. Ik had ervoor gezorgd dat het uitgangspunt steeds Oostenrijk was, zo maak je de les contrastief en geef je de inhoud meer betekenis (oeh, ik begin er echt verstand van te krijgen! Kunnen jullie mijn vakjargon nog aan?).

Zakdoekje leggen ging iets minder soepel, maar daar heb ik dan weer van geleerd. Ik had stukjes ontbijtkoek gesneden en daar een Nederlands vlaggetje ingedaan en dit viel natuurlijk ook in de smaak (Zie album: overig). De overgebleven stukjes heb ik in de docentenkamer uitgedeeld (Ik ben dus vanaf vandaag officieel competent met collega’s!) Al met al was het best een goede les. Ik heb er in ieder geval van geleerd en daar gaat het om.

Ook mijn grammatica les in de DaZ-klas (Deutsch als Zweitsprache = Du als 2e taal) ging goed. Dit was wel even lastig, want het is een hele heterogene groep die je eigenlijk niet met z’n allen aan hetzelfde werk kan zetten. Volgende week kan ik daar dan weer rekening mee houden.

Ik moet wel zeggen (misschien heb ik dat al eens gedaan) dat ik wel echt een goede begeleider heb. Ze controleert nog steeds al mijn teksten tot op het woord nauwkeurig, en legt dan ook uit waarom dingen fout zijn of welke (andere) betekenis ze hebben, dat vind ik echt top! Ze heeft vandaag niet eens iets over mijn zinsbouw gezegd! ( jeeey! Goedzo, Astrid!) Gelukkig geeft ze ook goede feedback, zowel taalkundig als didactisch, zowel verbeterpunten als positief. Maar dat laatste was ik wel gewend. ;)

Ik ga (hier) niet vertellen wat ze precies zei (vraag er gerust naar via een andere weg), maar wat wel grappig was, was dat ik blijkbaar een deel (niet belachelijk lang) van de les precies tussen de beamer en het scherm had gestaan (midden in beeld dus) waardoor de helft van mijn PowerPoint niet te zien was (weten die kids ook hoe ik me voelde in de Staatsoper! ;) ). Haha! Wij hebben in Nederland digiborden, hier niet en dat is even acclimatiseren! Maar ik ben nu al fan van het onderwijs hier!

O ja! Ik ben zó ingeburgerd dat ik nu zelfs ook een stopwoord in het Duits schijn te hebben (fijn…). Schijnbaar zeg ik vier keer per zin ‘sozusagen.’ (= bij wijze van spreken/zogezegd) Ik kan het mij niet herinneren, maar ik geloof het graag. Ik ben daar inderdaad wel gevoelig voor. Op stage in Nederland had ik dat, maar ik zeg nu ook al dingen op z’n Oostenrijks, bijvoorbeeld ‘ein Bissl’ in plaats van ‘ein Bisschen’ of ‘net’ in plaats van ‘nicht.’ Eigenlijk vind ik het best cool, ik moet alleen wel zien dat ik dat Oostenrijks weer afleer als ik weer op stage in Nederland ben… nou ja, daran denke ich einfach ‘net.’ Es dauert ‘sozusagen’ noch ‘ein Bissl.’ 

Uhm, ik zie net dat dit verhaal ook niet bepaald kort is… Maar ik heb gewoon veel te vertellen! Naast het feit dat ik het heel leuk vind om te schrijven, doe ik het ook om te vertellen wat ik allemaal heb beleefd, gedaan of geleerd. Ik hoop dat jullie mijn verhalen met net zo veel plezier lezen als waarmee ik ze schrijf, ondanks de lengte.

Ich wünsche euch ‚sozusagen‘ einen schönen Donnerstag (und Freitag, und Samstag, und Sonntag). Wir sehen uns am Sonntag wieder!

Alles Liebe bis dahin.

Astrid

Foto’s

2 Reacties

  1. Maaike:
    23 maart 2014
    Heb het weer met plezier gelezen Je schrijft het zo vlot dat het niet eens opvalt dat het lange verhalen zijn!
  2. Kim:
    23 maart 2014
    Check! Einverstanden!